Weet jij hoe het is om anders te zijn?

werkgroepbijeenkomst jeugdboeken: weet jij hoe het is het om

anders zijn te zijn?

Aan de nostalgische Lairessestraat in Amsterdam Zuid ligt het thuishonk van de Vereniging van Letterkundigen (VvL) verscholen. Sinds 1905 genoemd het Van Deysselhuis, gelijk de naam van haar eerste voorzitter. Bij binnenkomst voel ik al gauw: dit is een warm bad. Een onopgesmukte ruimte vol van ongeveinsde gepassioneerde kinder- en jeugdboekenschrijvers.

Vandaag praten we over diversiteit in kinderboeken, georganiseerd door de bevlogen Werkgroep Jeugdboeken van de VvL.

“Niemand weet hoe het is om . . .

zo lang te zijn als ik.” Selma Noort, kinderboekenschrijfster en kunstschilder, hier in de rol als levendige discussieleidster, blikt met priemende ogen de groep in. In het lokaal instemmend geknik van haar collega schrijvers. Selma vangt aan met een anekdote gegrepen uit haar eigen leven. Ze is 54 als haar blik een paar maanden geleden op een prentenboek valt met de titel prijkend op de kaft Grote Henriette (of hoe Henriette geen vrienden had) in een lokale bibliotheek. Zou het echt?

Zgrote-henriëtteou ze eindelijk een kinderboek hebben getroffen over haar, een lange vrouw? Vol verwachting slaat de prachtig sprankelende lange Selma het prentenboek open.  Maar ‘kijk eens’, vertelt ze later, ‘wat grote Henriette moet doen voordat ze erbij hoort?’

10619902_807327495997267_7291958956728215727_o

1912500_807327739330576_2148407190469290289_o‘Ze wordt net zoals de anderen. Jaja, ook boeken kunnen vuistslagen uitdelen.’ Bovendien: Grote Henriette bleek niet over lang zijn te gaan, maar over verwaandheid. Nog nooit heeft Selma een boek gevonden waarin een lange vrouw (of meisje) de hoofdrol speelt. Ze vindt het wrang dat Henriette alsnog haar stelten uittrekt zodat zij tussen de anderen kan staan en de groep dan pas een arm om haar heen slaat. 

Waar ben ik?

Niet bestaan in kinderboeken. Die ervaring had ook Marieke Nijkamp van We Need Diverse diversifyaBooks, één van de gasten van het driekoppige discussiepanel dat voor deze bijeenkomst over diversiteit in kinderboeken uitgenodigd is. Marieke zocht tijdens haar kindertijd en adolescentie naar Nederlandse kinder- of jeugdboeken waarin zij zich met het hoofdpersonage identificeren kon. Tevergeefs. Zowel haar lichamelijke beperking als haar liefde voor vrouwen vond ze er zelden of niet in terug. Zelfs de vertaalde klassieker De geheime tuin van Francis Hodgson Burnett waarin neefje Collin met een handicap aan het einde wonderbaarlijk weer kan lopen, let wel, nádat hij zich ‘goed’ heeft leren te gedragen, geeft volgens Nijkamp de boodschap mee dat je maar beter zonder handicap kunt leven. Er iets mis met anders zijn is.

Je ‘anders zijn of voelen’ tegenkomen in een boek is je gekend voelen. Een kind krijgt daarmee de boodschap: je mag er zijn, je hoort bij de samenleving. Alle kinderen hebben het recht zichzelf in onze kinderboeken terug te vinden. Zolang kinderen en ouders niet in verscheidenheid gerepresenteerd in onze kinderboeken worden, verzwijgen en ontkennen we een deel van onze wereld, houden we de facto diversiteit verborgen in de marges van onze samenleving.

multiculturele hoofdpersonages

?????????????????????????????????????????????Illustrator Mylo Freeman, eveneens uitgenodigde van het discussiepanel, is één van de uitzonderingen op de regel. Of liever gezegd: veroorzaakt één van de uitzonderingen op de regel. Freeman schildert in haar prentenboeken multiculturele hoofdpersonages zoals in de series Prinses Arabella en Zaza. Vaak benoemt zij in haar boeken niet expliciet de multiculturele gedachte: de personages van multiculturele achtergrond worden als vanzelfsprekend in de verhaallijn opgenomen, net als hun centrale hoofdrol.

Naast de prentenboeken van Mylo Freeman zijn er nog enkele andere voo328940_135766546543554_1317641987_orbeelden te noemen waarin multiculturele hoofdpersonages het uitgangspunt vormen. Zoals bijvoorbeeld in de prentenboeken Het boek over een doek (Reineke Schermer), Eén, twee, drie vier: hoofddoek van plezier! (Jeanine Cronie), Kapitein Kat (Inga Moore), Het Madiba-boek (Nelson Mandela), Ivana, het prinsesje dat haar haren niet wilde kammen (Hilli Arduin) en Hier ben ik (Patti Kim). In de kinderboeken van Halil Gür, een Nederlandse kinderboekenschrijver van Turkse komaf, spelen Turkse kinderen vaak ook de hoofdrol en de kinder- en jeugdboeken De Duik (Sjoerd Kyper) en Vuurwerk in mijn hoofd (Roland Colastica) spelen zich af in en vanuit het dekoloniale perspectief van Curaçao.  

Toch ligt de nadruk op enkele, want naar ratio is de aanwezigheid van multiculturele hoofdpersonages in kinder- vuurwerk-in-mijn-hoofden jeugdboeken schrijnend als je bedenkt dat er per jaar ongeveer drieduizend kinderboektitels uitgegeven worden. Naar analogie van de conclusie van Weitzman et al. (1972) die in de jaren ’70 de representatie van gender (sekse) in kinderboeken in de VS onderzochten durf ik zelfs te stellen:

‘het is haast onmogelijk om de representatie van multiculturele hoofdpersonages in kinderboeken te onderzoeken omdat ze simpelweg onzichtbaar zijn.’

Die onzichtbaarheid gaat ook op voor andere gemarginaliseerde groeperingen zoals bijvoorbeeld kinderen die met een lichamelijke beperkingen leven en gezinnen met twee ouders van dezelfde sekse komen we zelden in onze gewone ‘niet gethematiseerde’ kinderboeken tegen.

de onzichtbare vraag

Uitgeverijen beargumenteren doorgaans dat de vraag naar multiculfaiza-is-mijn-heldturele of diversiteit in kinderboeken niet voldoende is. Heel wat schrijvers in de zaal hebben ongepubliceerde manuscripten liggen waarbij de uitgeverij het risico niet durfde te nemen omdat de personages niet zouden aansluiten op ‘wat de markt wil’. Of, ze hebben hun personages op verzoek van de uitgeverij moeten aanpassen. En, inderdaad: uit de boekhandelspraktijk blijkt dat ‘risicovolle inkopen’ vaak op de plank blijven liggen.

Kinderboekenschrijfster Netty van Kaathoven beaamt dat. Haar kinderboek Faiza is mijn held!, een verhaal over een meisje dat met haar ouders gevlucht uit Afrika is, werd in boekhandels amper ingekocht en verkocht. Totdat de uitgeverij (Clavis) haar boek aan een actie koppelde van een kinderwinkel waarbij een kinderboek uitgezocht mocht worden (4 titels). Faiza is mijn held! liep als een speer. Kinderen kozen haast unaniem voor Van Kaathoven’s boek. Dat geeft te denken dat de vraag wel degelijk bestaat, maar net zoals het veelal ontbreken van diversiteitspersonages in kinderboeken, de vraag zelf óók onzichtbaar is.

Om de vraag naar multiculturele kinderboeken zichtbaar te maken, moet je de doelgroep opzoeken. Dat ondervond ook Mylo Freeman, wiens prentenboeken inmiddels steeds meer opgemerkt worden door ook Surinaamse Nederlanders. ‘Daar moet je wel iets voor doen’, zegt Mylo. Freeman is actief met workshops op basisscholen, multiculturele kinderboekenprojecten en stond onlangs op de Natural Hair beurs in Rotterdam. Haar prentenboeken werden daar enthousiast ontvangen. ‘Wat leuk! Ik wist niet dat zulke kinderboeken bestonden!’ kreeg Mylo vaak te horen. ‘Dat betekent dat de vraag naar zulke kinderboeken er wel degelijk is.’

een nieuwe marketing benadering

‘Lezen is denken met het hoofd van een ander, in plaats dat van jezelf’ – A. Schopenhauer

Laat er geen misverstand over bestaan: de vraag naar diversiteitspersonages in kinderboeken strekt verder dan alleen het empowerende identificatieproces voor kinderen en ouders die zich ‘anders’ voelen. De fundamentele noodzaak van boeken wordt in de volwassen literatuur als vanzelfsprekend opgevat, maar als het gaat om kinder- en jeugdboeken lijken we ineens hetzelfde gegeven minder serieus te nemen. Terwijl uitgerekend kinderen en adolescenten kennis over de wereld veel sterker nog dan volwassenen als sponzen in hen kunnen opnemen. Dat laatste is geen ‘pedant literair’ vermoeden, maar een neurobiologisch feit van de hersenontwikkeling.

Kinderboekuitgeverijen zouden andere marketingtechnieken en personage keuzes kunnen maken om ook multiculturele en diversiteitskinderboeken onder de aandacht te brengen. Zowel de vraag als diversiteit zichtbaar maken. Niet thematisch, of oudbollig, maar zelfverzekerd en ongeveinsd zoals bijvoorbeeld zeer actieve jonge uitgeverij van Jurgen Maas, toegespitst op literatuur uit het Midden-Oosten en de multiculturele samenleving, die overal in het land de mensen ópzoekt. Zoals bijvoorbeeld de actie van Clavis en de ondernemersgeest van Mylo Freeman die haar prentenboeken onder de mensen krijgt.

leescultuur en avi-leesboeken

Toegeven: wat uitgeverijen en schrijvers zelf ook (zullen) doewie-doet-watn, er bestaat een grote groep mensen die zelden of nooit boeken koopt om welke reden dan ook. In het geval dat zij dit wel doen, zullen zij misschien niet snel geneigd zijn een kinderboek over ‘de ander’ te pakken, maar het vertrouwde van de plank te pakken.

Persoonlijk ben ik daarom een groot voorstander ervan om diversiteit in kinderboeken te institutionaliseren via het basisonderwijs: de AVI-leesboeken waarmee kinderen leren lezen. Zo is de kans groter dat je in potentie bijna alle kinderen in Nederland bereikt en de toegang tot diversiteitskinderboeken, laat staan het kopen ervan, niet laat afhangen van de gezinnen waarin zij toevallig opgroeien.

De werkgroep Jeugdboeken van de VvL en het discussiepanel Diversiteit in kinderboeken kwam bijeen op vrijdag 28 november 2014. Georganiseerd door o.a. Mina Witteman, voorzitter van de VvL. Gespreksleider: Selma Noort. Disucssiepanel: Marieke Nijkamp (We need Diverse Books), Mylo Freeman (illustrator) en Kim Blackburn (Spinzi, emancipatie, representatie en diversiteit in kinderboeken). Aanwezig: Netty van Kaathoven, Henk Hardekamp, Marco Kunst, Karlijn Stoffels, Halil Gür, Joke de Jonge, Saskia van der Wiel, Wilma Degeling en … ?