Slaaf Kindje Slaaf – Dolf Verroen

UPDATE TOELICHTING (toegevoegd 8 juli 2020): titel aangepast / dit boek kan schadelijk zijn zonder context en begeleiding. Het hoort thuis in de (de)koloniale jeugdliteratuur. Je kunt dit jeugdboek gebruiken om slavernij, racisme en gedeelde geschiedenis (c.q. koloniale geschiedenis) bespreekbaar te maken en/of om dit jeugdboek te analyseren en te bespreken vanuit een (de)koloniaal perspectief. Houd daarbij rekening met dat het racistische witte perspectief dat in dit boek (bewust) gekozen is, een andere impact kan hebben op jonge zwarte lezers (pijnlijk en kwetsend) dan op witte jonge lezers. Bij het (voor)lezen van dit boek wordt begeleiding in educatief-pedagogisch verantwoorde context geadviseerd. De uitgeverij gaat bij de 3e druk een lesbrief toevoegen.

Dit is Koko, zei papa, een slaafje voor onze Maria.
Van tante Elisabeth kreeg ik een zweepje.
Het paste net niet in mijn tas.
Jammer.

Maria krijgt een slaafje voor haar twaalfde verjaardag. Dat is handig. Slaven moeten doen wat jij zegt. Je kunt ze straffen, verkleden of verkopen. Maria weet niet beter. Haar leven draait om mooie jurken, theevisites en netjes rechtop zitten – net als dat van haar moeder en haar tantes. Waarom zou ze verder kijken dan het luxe leven dat ze gewend is? Alles is toch goed zoals het is?

Uit: Slaaf Kindje Slaaf – Dolf Verroen (2006), nieuwe druk Hoe mooi wit ik ben (2016)


Door de eervolle Thea Beckmanprijs eerder dit jaar voor de Reis van Syntax Bosselman van Arend van Dam moest ik onmiddellijk ook denken aan Slaaf Kindje Slaaf van Dolf Verroen. In stijlvorm en genre zijn de twee kinderboeken onvergelijkbaar met elkaar maar toch kan het nuttig zijn om ook van dit eerder gepubliceerde werk te weten. Waar Arend van Dam met de Reis van Syntax Bosselman het koloniserend verleden van Nederland  historisch onderzoekt en in de hoofden van verschillende personages en perspectieven probeert te kruipen gaat Dolf Verroen met Slaaf Kindje Slaaf de confrontatie aan door vanuit het perspectief van de arrogante verheven houding van zijn (witte) personages te schrijven.

Slaaf Kindje Slaaf schetst heel duidelijk het beeld van hoe racistisch, neerbuigend en objectiverend er naar tot slaaf gemaakten gekeken kon worden door witte plantagehouders (en hun families) en evenzo behandeld werden.

Je kijkt mee door de ogen van de jonge Maria, die een tot slaaf gemaakt jongetje van haar vader – een rijke plantagehouder – voor haar 12e verjaardag krijgt. In 40 korte filmisch aandoende hoofdstukken zie je hoe de kinderlijke in pubertijd ontluikende Maria enerzijds de mensenhandel en hun gedwongen arbeid op de theeplantage van haar vader volstrekt vanzelfsprekend vindt. Anderzijds laat het ook de spanningen, jaloezie en wreedheden van haar witte moeder en tantes zien in relatie tot de aantrekkelijke zwarte jonge meisjes die in slavernij op de plantage leven.

Waar De Reis van Synax Bosselman vooral historische context, kennis en een onderzoekende houvast biedt, zal Slaaf Kindje Slaaf waarschijnlijk meer innerlijke weerstand oproepen door het effect op de directe emotie(s) van de lezer. Zoals de toelichting van het boek ook stelt: ‘Het is een indringend jeugdboekje over racisme en kolonialisme dat vragen oproept juist doordat ze voor de (witte) hoofdpersonen geen vragen zijn.’

Aan de hand van beide jeugdboeken kunnen ouders, verzorgers, educators, docenten de trans-Atlantische slavernij, racisme en mensenhandel bespreekbaar met kinderen en jongeren maken. Zowel thuis, als in de bibliotheek en/of in de klassen van het primair onderwijs (po), het voortgezet onderwijs (vo), het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) en het hoger beroepsonderwijs (hbo) binnen thema’s van Geschiedenis en Burgerschap. Voor het po zijn beide boeken geschikt voor de bovenbouw, groep 7 en 8.

WanGro-edeKonGiMaria-cover-illustratie

Ben je in het bijzonder geïnteresseerd in het aanbieden van meertalige kinderboeken? Kijk dan ook eens naar de Surinaamse vertaling in het Sranantongo van Slaaf Kindje Slaaf door Flos Rustveld: Wan gro-ede kon gi Maria. Een zelfstandige uitgave op vierkant CD-formaat, tekst zonder illustraties, met bijbehorende CD waarop Flos Rustveld het jeugdboekje in het Sranantongo voorleest.

Vanwege het hedendaagse inzicht dat het taalgebruik van het woord slaaf ontmenselijkt en rechtstreeks taalgebruik is dat overgenomen is uit de slavernij spreekt men tegenwoordiger beter van ‘tot slaaf gemaakte mensen’. Door commotie rondom dit boek is de heruitgave van Slaaf Kindje Slaaf in 2016 gewijzigd naar ‘Hoe mooi wit ik ben’.

Slaaf Kindje Slaaf / Hoe mooi wit ik ben is bekroond met de Gustav-Heinemann-Friedenspreis en de Deutscher Jugendliteraturpreis. De reis van Syntax Bosselman is eerder dit jaar bekroond met de jeugdhistorische Thea Beckmanprijs.


Specificaties

Slaaf Kindje Slaaf | Auteur Dolf Verroen | Illustrator Veronica Nahmias | Uitgeverij Olga Kinderboeken | Nederlands | 1e druk | ISBN 9789067344517 | juni 2006 | gebonden hardcover | 104 pagina’s | Adviesleeftijd 10-12 jaar

Hoe mooi wit ik ben | heruitgave | Auteur Dolf Verroen | Illustrator Martijn van der Linden | Uitgeverij Leopold | 1e (her)druk | ISBN 9789025869762 | maart 2016 | gebonden hardcover | 80 pagina’s | Adviesleeftijd 10-12 jaar

Wan gro-ede kon gi Maria | Auteur Dolf Verroen | Vertaling Sranantongo + CD | Vertaler Flos Rustveld | Cover Gallery Fermate | ISBN 978909027881 | 27 pagina’s | Adviesleeftijd 10-12 jaar | meer informatie over dit boekje via Spinzi

De reis van Syntax Bosselman – Verhalen over de slavernij | Auteur Arend van Dam | Illustrator Alex de Wolf | Uitgeverij Van Holkema & Warendorf | Nederlands | 1e druk | ISBN 9789000359158 | februari 2018 | Hardcover | 304 pagina’s | Adviesleeftijd 10-12 jaar

Thea Beckmanprijs naar Verhalen over de Slavernij – De Reis van Syntax Bosselman (10+)

(Animatie: Rient van de Crommert)

Jeugdauteur Arend van Dam ontving vandaag de Thea Beckmanprijs 2018 met zijn historisch jeugdboek De reis van Syntax Bosselman – Verhalen over de slavernij (10+). Het is de eerste keer dat de Thea Beckmanprijs een jeugdhistorisch boek betreft dat vragen over de Nederlandse deelname aan de trans-Atlantische slavernij zo uitvoerig behandelt als de keerzijde van een handelsgeschiedenis die Nederland rijk heeft gemaakt.

Syntax Bosselman heeft werkelijk bestaan. Samen met 27 landgenoten uit Suriname werd hij in 1883 naar Nederland gehaald om op de Wereldtentoonstelling op de Dam van Amsterdam te staan. Een tentoonstelling van echte mensen uit de kolonieën die op deze wijze geobjectiveerd en geëxoticeerd werden tijdens de naweeën van de afschaffing van de trans-Atlantische slavernij*.

In De reis van Syntax Bosselman gaat Arend van Dam op zoek naar het verhaal van de toen 60-jarige Syntax Bosselman en zijn 13-jarige reisgenoot Kodjo. Hij probeert zich voor te stellen hoe de reis en de gesprekken tussen de oudere Syntax, de jongere Kodjo en hun landgenoten zijn verlopen in de Wereldtentoonstelling maar hij probeert ook in de hoofden te kruipen van Michiel de Ruyter, Jan Pieterszoon Coen en Johan Maurits van Nassau – in zijn zoektocht naar antwoorden op waarom Nederland ooit heeft kunnen besluiten mee te gaan doen aan de slavernij.

Anders dan in al zijn voorgaande en andere jeugdhistorische verhalen lijkt Arend van Dam bij het maken van dit jeugdboek zich zeer bewust te zijn geweest van zijn eigen ‘witte gepriviliseerde’ achtergrond of probeert daar in elk geval op haast wetenschappelijke wijze rekenschap van te geven. Hij neemt een transparante onderzoekende positie in en neemt de lezer(s) steeds mee in zijn eigen twijfels over en worstelingen met deze keerzijde van de ‘Gouden Eeuw’ in aparte hoofdstukken die met lichtpaars gekleurde bladzijden door het boek heengewoven zijn.

Die voorzichtigheid om als ‘witte man’ te schrijven over de Wereldtentoonstelling en de koloniale geschiedenis van Syntax en zijn landgenoten blijkt bijvoorbeeld ook als hij emeritus hoogleraraar Sociale en Culturele Antropologie Gloria Wekker citeert uit een mailwisseling als één van de informatieve betrouwbare bronnen voor zijn onderzoek tijdens het schrijven van dit jeugdhistorisch boek en uit de gelezen ‘zwarte literatuur’ waarnaar hij verwijst.

Toch blijft De reis van Syntax Bosselman hier en daar iets te genuanceerd hangen in luchtig voorgestelde dialogen over wat in werkelijkheid een harde geschiedenis van drie eeuwen slavernij, onderdrukking, verkrachting, mishandeling, moord en uitbuiting van tot slaaf gemaakte mensen omvat. Zo hadden de gesprekken tussen het zacht voorgestelde personage van de oudere Syntax en de jongere kritische Kodjo stelliger en dieper uitgewerkt kunnen worden. Het lijkt erop dat de auteur de vinger niet helemaal op de zere plek durft te leggen ondanks dat hij zich uiterst consciëntieus heeft proberen in te leven in de mensen achter de Wereldtentoonstelling in koloniale context.

Het is zowel waardevol te noemen dat een ‘witte’ auteur deze complexe geschiedenis in een waardig historisch jeugdboek heeft opgetekend als een urgente oproep om nog veel meer verhalen en onderzoeken te creeëren in al dan niet historische jeugdliteratuur uit de handen van hen wie deze geschiedenis het meest in het hart en generaties treft.

Specificaties
De reis van Syntax Bosselman – Verhalen over de slavernij
Auteur: Arend van Dam
Illustrator: Alex de Wolf
Uitgeverij: Van Holkema & Warendorf
Prijs: € 15,99
Adviesleeftijd: 10-12+

Beelden
Beeldbank Archief Amsterdam

Voetnoot
*Er zijn 2 afschaffingsdata van de Nederlandse slavernij: de formele afschaffing van de slavernij in Nederlands-Indie vond plaats op 1 januari 1860; die van in de West (Suriname en de Antillen) vond plaats op 1 juli 1863. De facto zal de slavernij echter nog tientallen jaren voortduren tot in de eerste decennia van de 20ste eeuw.

Meer informatie over de Thea Beckmanprijs vind je hier.
Meer over Arend van Dam vind je hier.

Nieuwsbericht: het grootste Caraïbische Letterenfestival voor kinderen 6-13 jaar in Amsterdam

De 8e editie van de Caraïbische Letterendag is een Junior editie!
De Werkgroep Caraïbische Letteren organiseert in samenwerking met OBA Junior het grootste Caraïbische Letterenfestival in Europa voor kinderen. Auteurs zoals Diana Lebacs (Curaçao), Roland Colastica (Curaçao), Jackie Bernabela (Bonaire), Liliana Erasmus (Aruba) en Loekie Morales (Sint Maarten) vliegen er speciaal voor over vanuit de Cariben naar Nederland.

Datum en locatie
Zondag 1 oktober, 11.30-16.30 uur, Centrale OBA,  Oosterdokskade.

Entree
Toegang tot het festival, het Anansi podium en de Boekenstraat is gratis. Je betaalt €2,50 per losse activiteit naar keuze met uitzondering van de (gratis) lezing voor volwassenen.

Programma en kaartverkoop
Er is deze dag enorm veel te doen, op oba.nl/letterendag vind je het hele programma en de kaartverkoop.

Meer informatie
Meer informatie over de Werkgroep Caraïbische Letteren en de deelnemende auteurs van de Caraïbische Letterendag OBA Junior kun je vinden op: www.werkgroepcaraibischeletteren.nl

Deelnemende auteurs van de Caraibische Letterendag OBA Junior
Diana Lebacs (Curaçao), Roland Ròi Colastica (Curaçao), Jackie Bernabela (Bonaire), Liliana Erasmus (Aruba), Loekie Morales (Sint Maarten), Indra Hu (Suriname), Hilli Arduin (Suriname), Curt Fortin, Guillaume Pool, Hans en Monique Hagen, Joke van Leeuwen, Lydia Rood, Marit Törnqvist, Marijke van Mil, Henna Goudzand Nahar, Mariska Hammerstein, Anton van der Kolk, Peter Vervloed, Mylo Freeman, Charlotte Doornhein, Tio Ali (Curaçao), Brian Elstak (Suriname) en Cynthia McLeod (Suriname)

Copyright beeld
Literaire Trippelzone 2008
Rechts: auteur Sheila Payne
Fotograaf: Marloes Voogsgeerd

Een bijzondere excursie: sporen van Quaco

kasteel rosendael
Kasteel Rosendael rond 1780 – Bron: Ineke Mok – Cultuursporen

Over Quaco lezen is iets anders dan de plaats te weten waar hij onder het gezag van John Gabriël Stedman (1744-1797) vanuit de Surinaamse plantages in 1777 in Nederland aankwam en leefde: kasteel Rosendael. In de kerk van dit kasteel vond Ineke Mok, initiatiefnemer en schrijfster van het unieke beeldverhaal Quaco – Leven in slavernij (Eric Heuvel & Ineke Mok, 2015), ooit het doopbewijs van de jongen Quaco waarmee haar zoektocht naar zijn leven in slavernij begon. Op zaterdag 16 april kunnen jongeren, scholieren, studenten en andere geïnteresseerden mee op een bijzondere cultuur-educatieve dagreis naar kasteel Rosendael en kasteel Cannenburch in Nederland’s Gelderland.

Tijdens de busreis is er ruimte voor verhalen, ervaringen, liederen en gedichten die verwijzen naar het slavernijverleden. De organisatoren nodigen u uit om in uw herinneringen, boekenkast of muziekverzameling te duiken, te laten horen en/of zien wat u wilt delen. Artimobiel verzorgt het vervoer en Stacey Esajas, presentator van de tv serie De Slavernij Voorbij, is de Master of Ceremony (MC) in de bus.

Ineke Mok vertelt over haar zoektocht naar het verhaal van Quaco en dat van andere Afrikanen in het Gelderland aan het einde van de 18e eeuw. Jorien Jas, conservator van Geldersch Landschap & Kasteelen, verhaalt over de schilderijen met Afrikaanse bedienden die in kasteel Cannenburch hangen; wat weten we van hen?

Programma zaterdag 16 april 2016
(zoals vermeld in de uitnodigingsmail)

10.15 Bus vertrekt vanaf station Amsterdam Amstel, max. 24 inzittenden
11.45 Bezoek kasteel Rosendael en de kerk in Rozendaal waar Quaco werd gedoopt
13.15 Lunch in het kasteel (er wordt rekening gehouden met vegetariërs)
14.00 Vertrek naar kasteel Cannenburch in Vaassen
14.45 Rondleiding in het kasteel en langs schilderijen met Afrikaanse bedienden
15.45 Afsluiting met thee/koffie en lekkers
16.00 Bus keert terug naar station Amsterdam Amstel. Aankomst rond 17.15

Kosten € 75
(zoals vermeld in de uitnodigingsmail)
De excursie wordt verzorgd tegen kostprijs. Hiervan wordt de busreis, de toegang, de rondleidingen, de lezingen, de lunch, koffie, thee en versnaperingen voor onderweg betaald. Houders van een Museum Jaarkaart (op vertoon en alleen geldig in kasteel Cannenburch) krijgen 8 euro korting en betalen € 68.

Speciaal € 12.50
(zoals vermeld in de uitnodigingsmail)
Speciaal voor een viertal jongeren – scholieren of studenten – die een persoonlijke band voelen met het slavernijverleden maar niet zoveel geld hebben, stellen de organisatoren vier plaatsen beschikbaar tegen kostprijs van de lunch: € 12,50. Wil je daarvoor in aanmerking komen? Stuur dan snel een mail aan Ineke of Dineke. Wie het eerst komt…

Organisatie
Sporen van Quaco wordt georganiseerd door Ineke Mok (Bureau Cultuursporen) en Dineke Stam (IMHP).

Aanmelden
(zoals vermeld in de uitnodigingsmail)
De excursie is kleinschalig en verdiepend: er zijn maar 24 plaatsen beschikbaar. Wacht dus niet te lang als je er bij wilt zijn. Voor meer informatie en betalingsgegevens, mail Dineke.

Extra informatie
(zoals vermeld in de uitnodigingsmail)
Van Quaco – Leven in slavernij (Eric Heuvel & Ineke Mok, Walburg Pers 2015) bestaan 2 versies: (1) het stripverhaal zonder bijlage (€ 8,95) en (2) het stripverhaal met bijlage (Quaco – educatief, €12,95), met o.a. bronnen, een tijdlijn, kaarten en extra informatie over verzet, slavernij op de Antillen, racisme en de erfenis van slavernij.

Quaco – Leven in slavernij is te koop via de Walburgpers , kasteel Rosendael, uw lokale boekhandel of ga naar quaco-stripverhaal.nl voor meer informatie en het lesmateriaal.

Het beeldverhaal Quaco is eerder uitgelicht bij Spinzi, teruglezen via deze link.

Uitgelicht: Quaco – Leven in slavernij (Ineke Mok & Eric Heuvel)

quaco-leven-in-slavernij
Quaco – Leven in slavernij (Eric Heuvel en Ineke Mok, 2015)

Vier jaar werkten neerlandica, onderzoeker en docent Ineke Mok (initiator) en historisch striptekenaar Eric Heuvel aan Quaco – Leven in slavernij. Die toewijding kun je in de lagen en nuances van dit bijzondere boek terug vinden. In Quaco wordt, de voor sommigen, abstracte kennis van de trans-Atlantische slavenhandelsgeschiedenis naar het persoonlijke inlevingsvermogen gebracht op een wijze waar jongeren ontvankelijk voor zijn: middels een hoogwaardig kwalitatief stripboek c.q. beeldverhaal.

Quaco, vaak geschreven en uitgesproken als Kwakoe, heeft aan het einde van de 18e eeuw echt geleefd. In de overgeleverde en geredigeerde uitgegeven dagboeken van de Schots-Nederlandse soldaat John Gabriël Stedman (1744-1797), één van de bekendste chroniqueurs die het leven op de Surinaamse plantages gezicht gaf, speelt Quaco als lijfknecht onder zijn gezag slechts een bijrol. Treffend is daarom dat de makers van het stripboek een omkering van het perspectief hebben gemaakt. Nu eens schrijft Quaco zijn verhaal op, zijn liefde voor het slavenmeisje Afua en beleven we het leven op de plantages, zijn innerlijke worsteling tegen de slavenopstand van Boni en het verhaal van Stedman en diens relatie met slavin Joanna door de ogen van Quaco.
Zeer doet de onmacht bezit te worden van een ander, ontroerend het gegeven van de menselijke overlevingskracht en: dat liefde overal speelt, ook in tijden van slavernij.
Quaco – leven in slavernij is uitgegeven als educatief historisch beeldverhaal door de Walburg Pers, oorspronkelijk bedoeld voor tweedeklassers maar absoluut ook geschikt voor klassen daarboven en thuis.
Het enige wat nog te wensen over laat is de vrijblijvendheid van de aanschaf; immers hoort dit stripboek – dat op unieke wijze verhaalt over de schaduwzijde van de Nederlandse handelsgeschiedenis specifiek bedoeld voor jongeren – net als Zwart in kinderboeken natuurlijk gewoon op de verplichte literatuurlijst thuis van alle lagen van het secundair onderwijs maar dat kan de uitgeverij niet kwalijk genomen worden en hoort thuis op de agenda van het Nederlands emancipatie en onderwijsbeleid.
Tot die tijd kunt u het eigengereid kopen via de webwinkel van de Walburg Pers en www.quaco-stripverhaal.nl of het bestuur van de school van uw kind(eren) noodzakelijkerwijs ermee spammen. De bijzondere luxe gebonden uitgave is inmiddels uitverkocht.
– Voor verdieping lees ook Stedman’s Narrative of a five years’ expe­dition against the revolted Negroes of Surinam (1796), volumes 1 en 2.
Extra informatie
Titel: Quaco
Subtitel: Leven in slavernij
Auteurs: Ineke Mok & Eric Heuvel
Uitvoering: genaaid gebrocheerd
Illustrering: geïllustreerd, kleur
Uitgave: Walburg Pers, Zuthpen, 2015
Omvang: 64 pagina’s
ISBN: 9789057309595