De Roep van de shoco (uil)

roep-van-de-shoco
De roep van de shoco / E grito di e shoco (Charlotte Doornhein, 2014)

Kai Tchong sr (1937) bracht zijn kindertijd door op het benedenwindse eiland Aruba, waar zijn vader in de jaren ’30 via Curaçao vanuit Rotterdam met de wilde vaart op de boot naartoe was vertrokken. In 1949 emigreert de jonge Kai Tchong sr vervolgens zelf terug naar Nederland, waar hij later afstudeert als kinderpsycholoog. Inmiddels gepensioneerd, vader van drie kinderen en grootvader van drie kleinkinderen (drie generaties met gemengde roots), vroeg Spinzi hem het tweetalig Arubaans-Nederlandse kinderboek De roep van de shoco (e grito di e shoco) van Charlotte Doornhein te recenseren. Een boek dat voor hem herinneringen doen opleven aan het Caraïbisch gebied en zijn eigen jeugd op Aruba.

De roep van de shoco (uil), met als ondertitel Dansen met de wind, geschreven door Charlotte Doornhein is een leuk geschreven en geïllustreerd (door Sheila Werleman) tweetalig Arubaans-Nederlands kinderboek. De ondertitel verwijst niet alleen naar het vliegen van de “wijze” uil, maar dubbelzinnig ook naar de moeder en tante van de schrijfster, die hun kindertijd doorbrachten op de benedenwindse eilanden, Aruba en Curaçao. Immers, zij dansen nog steeds met de wind. Net als de shoco.

Het is echt een verhaal van en over kinderen wat “in werkelijkheid” zich inderdaad af zou hebben kunnen spelen op zo’n ABC Caraïbisch eiland. Met gedachten aan zijn oorspronkelijke bewoners de Indianen en hun “potten” cultuur. Ook de illustraties brengen me terug naar mijn kindertijd, zo’n 60 tal jaren geleden, en schetsen een beeld, wat mijn herinneringen kleurt, zowel naar vorm als de kleuren van de omgeving op het eiland Aruba!

Het verhaal is ook leerzaam en graaft naar verborgen schatten, die de Indianen hebben achtergelaten. Ook het bewaren en koesteren van deze schatten gaat mee als iets waardevols. Een boek om te hebben en bewaren! Met dank aan Charlotte en Sheila voor een waardevol kinderboek! Wat zelfs voor een senior, die langer in Nederland gewoond heeft dan op Aruba, opnieuw zijn nieuwsgierigheid naar zijn kindertijd opwekt.

Wat betreft de Hongaarse roots van Charlotte, deed haar verhaal over de Shoco me intuïtief denken aan Clarissa Pinkola Estes, auteur van De Ontembare Vrouw, met haar kleine boek “De Gastvrije Aarde”! Clarissa heeft het verhalen vertellen ook opgedaan via haar (voor-)ouders en het ons en de generaties na ons ook boeiend doorgegeven!

Kai Tchong,
1937-10-07, Oranjestad Aruba

Specificaties
Titel: De roep van de shoco. Dansen met de wind. (E grito di e shoco)
Auteur: Charlotte Doornhein
Illustrator: Shila Werleman
ISBN: 978 94 91740 20 6
Pagina’s: 2 x 56
Uitvoering: hard cover
Uitgever: Jeroen Hoogerwerf
Vertaler: Mirto Laclé

De roep van de shoco is het tweetalige geschenkboek dat speciaal geschreven werd voor het Kinderboekenfestival Aruba 2014 / Siman di Buki pa muchanan 2014.

Er is een beperkt aantal exemplaren beschikbaar voor Nederland, exclusief via Levendig Uitgeverij.

Queens of Africa: empowerende kinderboeken

queens-of-africa-books
Bron: Queens of Africa

In Nigeria lopen de black empowerende poppen Queens of Africa volgens de laatste media berichten beter dan haar witte voorganger Barbie. Via deze poppen zouden meisjes in Afrika trots op hun huidskleur en cultuur gemaakt kunnen worden. Dit laatste niet op z’n minst met ook de 6-delige kinderboekenserie Queens of Africa.

Het feestelijk eren van de ‘zwarte schoonheid’ (c.q. black beauty) betekent voor de oprichter van Queens of Africa, Taofick Okoya, ook het cultureel erfgoed van Nigeria met de meisjes te vieren. De kinderboekenserie Queens of Africa is daar een voorbeeld van.

In Nederland is de Afrikaanse koninginnenserie (Engelstalig) via bol te bestellen.

Queens of Africa Book 1: Queen Amína of Zaria
Queens of Africa Book 2: Queen Makeda
Queens of Africa Book 3: Queen Moremi
Queens of Africa Book 4: Queen Esther
Queens of Africa Book 5: Queen Idia
Queens of Africa Book 6: Madam Tinubu

Heb je een Queens of Africa boek gelezen? Wil je er iets over vertellen of er naar aanleiding daarvan één of meer recenseren bij Spinzi? Deel je ervaring met anderen en laat het ons weten.

Bron:
Queens of Africa

Getest in de klas: 1, 2, 3, 4: Hoofddoek van plezier!

Reza met boek op de kop, Sophie, Gerlad en ikHet is donderdagochtend 9 uur. Buiten is het koud en grijs. De nevelige duisternis van de vroege ochtend sluimert nog om de school. In deze serene sfeer zit ik met mijn kleutervrienden in de kring. Ze kijken me verwachtingsvol aan. Het volmaakte moment voor een goed boek. Ik laat het prentenboek van Jeanine Cronie zien en lees de titel voor: ‘1,2,3, 4: Hoofddoek van plezier!’

Chahid (4 jaar) veert meteen op: “Mijn moeder draagt ook altijd een hoofddoek. Buiten. Maar niet in bed. Ze heeft veel hoofddoeken. Blauw, groen, rood, roze, paars en geel. Als het warm is draagt ze een roze doek en als het koud is, een blauwe. Als ik jarig ben draagt ze een groene hoofddoek want zij houdt van groen”.

“Is het een blinddoek?” vraagt Jurriaan. “Een hoofddoek”, antwoordt Chahid. ” Mijn moeder heeft een eigen kast vol hoofddoeken”.

We bekijken de voorkant van het prentenboek. Ik vertel dat de zus van de schrijver, ze heet Totie Cronie, de tekeningen heeft gemaakt. De kinderen maken waarderende geluiden. Een zus die tekeningen maakt is vertrouwd en magisch tegelijk. Op de voorkant van het boek staat een dame met een gekleurde hoofddoek. Het is de oma van Kate die vandaag jarig is. De hoofddoek die zij draagt is een Surinaamse hoofddoek, een angisa. 

“Ik heb ook een oma in Suriname”, zegt Gerald. Gerald is een paar maanden geleden in Suriname geweest met zijn familie. Ik vraag of zijn oma ook een hoofddoek draagt. ” Ze draagt geen hoofddoek maar in Suriname heeft iedereen dezelfde kleur als ik. En er is heel veel kauwgom in de winkel. Potten vol met kauwgom. En we aten lasagne”.

“Ik ben ook in ‘Sunirame’ geweest”, zegt Taylan. Taylan is vaak creatief met de waarheid. In het weekend heeft hij verschillende connecties met draken en ook heeft hij ooit meegedeeld David Bowie persoonlijk te kennen. ( “Je weet toch…David Bowie. Van het winkelcentrum…Is jouw broer toch, Kay?”) Maar als Sneeuwwitje te eng wordt, klimt hij steeds op mijn schoot. Daarom luisteren we allemaal goedmoedig naar de creatieve waarheid van Taylan betreffende Sunirame.

Ik open het boek en begin te lezen. De oma van Kate is jarig maar waar blijft oma nou? Oma wil haar verjaardag niet vieren; ze is haar hoofddoek kwijt. Kate gaat op zoek naar de hoofddoek van haar oma. Ik laat de eerste tekening zien. Het tonen van de illustraties is een belangrijk ritueel in de klas. Als ik de tekeningen te snel de kring laat rondgaan, wordt dit geheel terecht, niet gewaardeerd. Kinderen willen niets missen van de tekeningen in een prentenboek. Bij dit prentenboek is het goed bekijken van de illustraties van belang want de hoofddoek van oma is op verschillende pagina’s subtiel verstopt. De kinderen hebben het door: Aha daar is de hoofddoek! Samenzweerderig en alwetend luisteren en kijken ze. Vol aandacht. Het is een fijne, spannende sensatie dat zij iets weten wat de hoofdpersonen Kate en haar oma nog niet weten: de hoofddoek van oma is in het heimelijke bezit van broertje Kevin. Een punt van de hoofddoek steekt uit zijn speelgoedauto.

Tijdens de zoektocht vertelt oma over de verschillende manieren van vouwen van de doek. Een gele doek met drie omhoog staande punten wil ze op haar verjaardag niet dragen. Drie omhoog staande punten betekenen dat je boos bent. Een punt naar achteren zegt: volg mij. Een punt opzij: Ik zie je op de hoek. Een punt omhoog: Laat ze maar praten. 

Gelukkig vindt Kate uiteindelijk toch de feestelijke hoofddoek. Het feest kan beginnen. Met één: taart. Twee: bezoek. Drie: Veel cadeautjes en Vier: de hoofddoek van plezier!

De kleuters schuiven onrustig heen en weer. Het oer-thema der kleuterwereld is onmiskenbaar gepresenteerd. Jarig zijn. Ik weet nu dat er een groots verlangen is om iets te roepen over een verjaardag, bij voorkeur de verjaardag van henzelf. Dat die verjaardag driekwart jaar geleden is, maakt een kleuter helemaal niets uit. Sophie zit links van me. Ze houdt het niet meer: “Ik was gister jarig!” roept ze. Sophietje was inderdaad gister ontzettend jarig. Op de dag dat zij 5 jaar werd, kwam ze in een nylon prinsessenjurk naar school. Haar aura was ook hemelsblauw, ze straalde van trotse vreugde. Haar vriendinnen fladderden als vlinders om haar heen. 

Als ik het boek heb dichtgedaan zie ik dat Hannah, lieve eigenzinnige Hannah die net op school is en tijd nodig heeft om alles te observeren, haar kaal geknuffelde naar Hannah ruikende knuffel op haar hoofd heeft gelegd. “Dit betekent blij”, zegt ze beslist. Noortje legt een pluche giraffe op haar hoofd. Guus en Jurriaan, altijd in gezelschap van hun knuffelhonden dragen ook hun knuffels als een hoofddoek. “Blij”, roepen ze en ze dansen in de kring. Reza en Noortje trekken hun vestjes uit en knopen deze strak om hun hoofd. “Dit betekent gek”, zegt Reza. Inderdaad gek. Ans Aarsema en Bea Hofman van het Batavierenplantsoen-stijl. Voor hen die in de jaren ‘80 tv keken: De alter ego’s van Arjan Ederveen en Tosca Niterink.

Chahid en Taiif trekken de capuchon van hun trui over hun hoofd. Coole blik. “Dit betekent stoer”, zeggen ze. Bijna alle kleuters staan nu in de kring hun imaginaire hoofddoek te showen. 1,2,3,4 alle kleuters hebben plezier.

Ik hoef de kleuters niet te vragen naar hun mening betreffende verhaallijn, de geloofwaardigheid van de hoofdpersonen of het kleurgebruik van de illustraties. Dat zij 1,2,3,4 Hoofddoek van plezier een goed boek vinden, heb ik kunnen zien. Tijdens het voorlezen waren er geen verlangende blikken naar de knutseltafel of de bouwhoek, geen heimelijk gefluisterde dialogen over de poes of Sesamstraat en geen pogingen om de inhoud der neusgaten te inspecteren.

Chahid en Gerald hadden de kans iets te vertellen over hun eigen wereld. Alle kinderen keken en luisterden in stilte. Na afloop ontstond er de prachtige, lieftallige anarchie die er altijd is als jonge kinderen zich aangesproken voelen. Een goed prentenboek ervaren kleuters als een autobiografie.

Graag raden de lieftallige anarchisten van kleuterklas 2kb van basisschool De Biënkorf te Amsterdam-Noord en ikzelf u aan: prentenboek 1,2,3,4 Hoofddoek van plezier van Jeanine Cronie ( tekst ) en Totie Cronie (illustraties ). Uitgeverij Maopé.

Door: Miriam Bouwens, Amsterdam 27 januari 2015
www.miriambouwens.blogspot.com

Kinderboekendoen-tip: Na het prentenboek Eén, twee, drie, vier: hoofddoek van plezier! hebben de kinderen zichzelf getekend en daarna voorzien van een hoofddoek, hoed of wat ze zelf mooi vonden. Met gekleurde stofjes, net als de echte hoofddoek van plezier.

Hoofddoek van plezier- Reza met boek, Gerald, sophie en ikhoofddoek van plezier- Geralds creatie  Hoofddoek van plezier- Reza's hand maakt hoofddoek van plezier- sophie maakt Hoofdoek van plezier- Tomas' creatie

Angisa: een hoofddoek van plezier! En andere verborgen romantiek.

een_twee_drie_vier_hoofddoek_van_plezier“Eén, twee, drie, vier: hoofddoek van plezier!”  is een prentenboek over Kate en haar oma. Oma is jarig, maar niet vrolijk; ze kan haar hoofddoek niet vinden!

Kate zoekt hem, en leert ondertussen van alles over angisa’s, Surinaamse hoofddoeken. Elke vouwwijze heeft een naam en betekenis. Met de manier waarop haar angisa gevouwen is, laat de draagster zien of ze boos is of juist vrolijk, ze kan ermee flirten en ruzie maken: met haar hoofddoek spreekt ze de angisa tori, de geheimtaal van de angisa.

Dit is niet alleen een prachtig prentenboek met een leuk verhaal waar álle kinderen van zullen genieten, je krijgt nog iets extra’s, namelijk uitleg over de angisa.

Surinaamse dames in Kotomisi.
Surinaamse dames in Kotomisi.

Het geven van namen aan hoofddoeken is een gebruik dat is meegenomen naar Suriname vanuit West-Afrika. Tijdens maar ook na de slavernij heeft de hoofddoek zich ontwikkeld tot een uniek Surinaams communicatiemiddel. De vouwkunst en betekenissen worden nog altijd mondeling doorgegeven. Angisa’s worden tegenwoordig vooral gedragen bij feestelijke gelegenheden: verjaardagen of, uiteraard, op 1 juli Keti Koti, de dag waarop de afschaffing van de slavernij wordt gevierd.

Over de angisa’s vind je meer informatie op de site van http://www.hetkotomuseum.org/angisa-tori/hoofddoeken.html

Via de site van het Koto Museum is ook een interessant boek (voor volwassenen) over de geschiedenis, betekenis en vouwwijzen van de angisa’s te bestellen. Voor wie daarin is geïnteresseerd.

Hoewel op het doorgeven van boodschappen via de angisa een extra lading drukt van vrijheid zoeken in tijden van slavernij, zijn er door de eeuwen heen diverse codetalen ontwikkeld voor snelle, eenvoudige communicatie ook tussen mensen die niet kunnen lezen en schrijven, of om boodschappen geheim te houden voor buitenstaanders. Tekens die dieven met krijt op voordeuren schrijven (‘hier valt niks te halen’ bijvoorbeeld),  Noordse runen die richting aanwezen of waarschuwden voor slechtgezinde bewoners van een huis, gaten in of beren op de weg, de liefdestaal van postzegels en bloemen. Waar afstand of vooral sociale conventies gesprekken lastig maken, vinden mensen, vooral geliefden, altijd een manier om tóch met elkaar contact te kunnen houden, hoe kort en bondig dat ook is.

postzegeltaalPostzegeltaal was een ware rage in het Europa van de jaren vijftig van de 20e eeuw, maar werd ook eerder al beoefend. Het was niet ongebruikelijk dat moeders de post doornamen om te controleren of alle post aan haar kinderen, vooral dochters uiteraard, wel binnen de grenzen van het betamelijke bleef.

"Hij houdt van me, hij houdt niet van me, hij houdt van me..."
“Hij houdt van me, hij houdt niet van me, hij houdt van me…”

Ook werd er van oudsher ‘gesproken’ via bloemen; nu nog. Rode rozen staan voor liefde, witte rozen voor vriendschap, bijvoorbeeld. Het vergeet-me-nietje… In de toneelstukken van Shakespeare vind je de nodige voorbeelden die minder voor de hand liggen, zoals sleutelbloemen voor wijze raad. Begin 18e eeuw was het in Europa een rage voor communicatie tussen geliefden. Lady Mary Wortley Montagu woonde toen met haar echtgenoot in Turkije, en ontdekte (of leerde?) dat via boeketten discrete boodschappen kunnen worden overgebracht, die ook taalgrenzen slechten. Zelfs in hoe een bloem of boeket wordt overhandigd, kan een boodschap schuilen. Met bloemen valt zelfs te divineren. Dit is bewaard gebleven in het bekende kinderspelletje: pluk een madeliefje, en pluk één voor één de blaadjes terwijl je bij elk blaadje beurtelings ‘hij houdt van me’ en ‘hij houdt niet van me’ zegt. Het laatste blaadje geeft de stand van zaken weer.

Hier moest ik allemaal aan denken toen ik “Hoofddoek van plezier!” las. Dit bijzondere boek is uitgegeven in het kader van 150 jaar afschaffing slavernij. Een aanrader voor wie kinderen iets wil vertellen over de achtergrond van Suriname, maar ook los daarvan is het een fijn prentenboek over symbolische culturele taalgebruiken; de slavernij wordt niet expliciet aangekaart.

Specificaties:
Titel: Eén, twee, drie, vier: hoofddoek van plezier!
Auteur: Jeanine Cronie
Illustraties: Totie Cronie
ISBN: 9789089340009
Genre: Prentenboeken 3-8 jaar
Uitgeverij: Jeanine Cronie
Verschenen: 09-07-2013
Type: Hardback
Pagina aantal: 32
Prijs €: 13,50

‘Er bestaan toch geen zwarte prinsesjes?’

Foto Mylo Freeman, door: Macy Raven

Mylo Freeman is aan de Rietveld Academie opgeleid tot illustratrice, en bij het grote publiek vooral bekend om haar prentenboeken over Prinses Arabella, al maakte ze ook tal van andere boeken. Haar vader is Amerikaans, haar moeder Nederlandse.

Prinses Arabella is een groot succes, ook internationaal; de Nigeriaanse druk is net verschenen, en wordt verspreid door het hele land. Onlangs werd het prentenboek Prinses Arabella en de Sint gepresenteerd – reden voor een ontmoeting met deze bijzondere vrouw. Waarom maakt ze kinderboeken en creëerde zij Prinses Arabella?

Ooit vertelde iemand Mylo over een klein Surinaams meisje genaamd Jahkini. Zij kreeg de rol van prinses toebedeeld in een schooltoneelstuk, maar zij weigerde pertinent. ‘Er bestaan toch helemaal geen zwarte prinsesjes?’, was haar antwoord. Nadat Mylo dit verhaal hoorde, besloot zij hier meteen iets mee te doen. Er moest een prentenboek komen over een zwart prinsesje! Dat werd prinses Arabella, een donker prinsesje met een sterke wil.

Inmiddels is er een hele serie Arabella-boeken verschenen, met zelfs een theater- en muziekvoorstelling. Arabella zou zich ook perfect lenen voor een animatieserie voor de kleintjes. Wat niet is kan nog komen…!

Ik zag Mylo Freeman voor het eerst ‘in het echt’ bij Sinterklaas Curated, een middag in de Verhalenkamer in Amsterdam Noord. Een aangename, gemoedelijke middag voor de presentatie van progressieve sinterklaasverhalen met nieuwe Pieten. Mylo is een opvallende verschijning. Lang, mooi, maar vooral: ze lijkt in balans, komt over als een sterke vrouw die goed weet wat ze wil en hoe ze dat gaat bereiken. We spraken af in haar atelier in Amsterdam, een prettige, lichte ruimte, met als eye catcher een prachtige verzameling donkere barbies.

Het wonderlijke is, dat Nederland al decennia lang multicultureel is, maar dat er maar weinig kinderboeken verschijnen die je divers kunt noemen. Bijna alle kinderboekenkinderen zijn blank. Als er al kinderen met een donkerder kleurtje in voorkomen dan spelen zij zelden de hoofdrol, of wordt het verhaal thematisch aangepakt.

Gewoon leuke, spannende boeken over kinderen met een multiculturele achtergrond zijn er maar weinig. Deels wordt de doelgroep nauwelijks door uitgevers bereikt, terwijl de interesse er wel degelijk is. Je bereikt hen alleen op andere plekken. Via de scholen, of zoiets als het Prinsen & Prinsessen Project dat plaatsvond tijdens de Kinderboekenweek 2014 in het Bijlmer Theater. Zet een tafel met boeken neer op een plek waar men toch al komt, en er blijkt heel veel belangstelling. Juist voor kinderen die normaal níet met kunst en boeken in aanraking komen is dat heel belangrijk. Zeker nu bibliotheken moeten bezuinigen of zelfs sluiten.

Kinderboeken moeten het land in! Dit vraagt alleen een andere manier van kijken naar ‘de markt’, waar boekhandels en uitgeverijen vaak nog wat traditioneler zijn in werkwijze en verkoopkanalen. Overigens zijn deze boeken beslist niet alleen bedoeld voor kinderen met een donkerder tintje. Het is belangrijk dat álle kinderen zichzelf gespiegeld zien, en kennismaken met een ruimere wereld.

“Kinderen hebben de behoefte aan zowel spiegels als ramen. Veel gekleurde kinderen zien de wereld alleen via ramen en zij hebben spiegels nodig. Andere kinderen zien alleen spiegels en zij moeten de wereld ook door ramen leren zien.” – Sharron McElmeel

Mylo las eens voor in Amsterdam Osdorp uit haar prentenboek Prinses Arabella en Prins prinses-arabella-en-prins-mimoenMimoen. Als daar iets te doen is, komen er veel moeders met Marokkaanse roots met hun kinderen. Eén van de kinderen werd helemaal blij toen hij de illustratie zag van de moeder van Mimoen: “Kijk mama, dat ben jij!”

Niet alleen met boeken als die over Prinses Arabella werkt Mylo Freeman actief aan het vergroten van de diversiteit in kinderboeken. Zij is momenteel coach van een project in Antwerpen, waarbij 10 schrijvers gekoppeld zijn aan 10 illustratoren, om te komen tot 10 prentenboeken over een keur aan Antwerpse, multiculturele kinderen en hun belevenissen. Deze boeken worden in een box aangeboden aan scholen en bibliotheken.

Nog vóór je woorden leert, word je geconfronteerd met beelden. Om je heen, hoe je gezin en huis eruitzien, maar ook via prentenboeken, televisie en dergelijke. Die beelden zijn vormend, het zijn zaadjes die bepalen hoe jij later de wereld ervaart, wat je normaal vindt en als prettig of juist beangstigend ervaart. Laat die eerste zaadjes in de ziel positief zijn, en veelomvattend. Dat maakt de wereld er alleen maar mooier op!

Wil je meer informatie over Mylo Freeman? http://www.mylofreeman.com